Aantekeningen |
- Claes Leendertsz Waterboer, eiser, contra Huych Corstiaensz als possesseur van de landstede in de nagenoemde custingbrief vermeld, gedaagde in cas van hypotheek.
Eiser eist betaling van 300 g. met rente over twee jaar custingen verschenen mei 1636 en mei 1637 volgens de custingbrief door Jan Leendertsz Couwenoort t.b.v eiser verleden op 16-4-1630 of executabelstelling van voorn. landstede, waar gedaagde tegenwoordig op woont, staande op de Nieuwenhoornse Moldick.
Datering: 20-06-1637
(Ambacht Nieuwenhoorn)
Claes Leendertsz Waterboer bekent aan Claes Fransz en Cornelis Leendertsz c.s., allen erfgenamen van Cornelis Maertensz van vaderszijde, een schuld van 975 car. g. wegens koop van de helft van de landstede, waarop voorn. Cornelis Maertensz heeft gewoond en waarop comparant nu woont, met ca. 40 gem. bruikland en weide. De landstede staat op de dijk tussen Pouwels Wittesz en Cornelis Jonge Witte. Hij belooft in termijnen te betalen onder verband van het gekochte. Jan Jacobsz Coorendijcker en Jan Jansz Boutkanne, beiden won. in Oudenhoorn, stellen zich borg.
Datering: 26-02-1626
(Ambacht Nieuwenhoorn)
Claes Leendertsz Waterboer bekent aan Sent Lauwerisz, schipper te Delfshaven, Arent Arensz Nachtegael als getr. met [niet ingevuld] Lauwerisdr, Leendert Pietersz Bragger, Jacob Pietersz Bragger en Jacob Heyndricxsz zwager als getr. met Trijntge Braggersdr, allen erfgenamen van Cornelis Maertensz Lagewech zal. van moederszijde, een schuld van 975 g. wegens koop van de helft van de landstede, waarop voorn. Cornelis Maertensz heeft gewoond en waarop comparant nu woont, met ca. 40 gem. bruikland en weide. De landstede staat op de dijk tussen Pouwels Wittesz en Cornelis Jonge Witte. Hij belooft in termijnen te betalen onder verband van het gekochte. Jan Jacobsz Coorendijcker en Jan Jansz Boutkanne, beiden won. in Oudenhoorn, stellen zich borg.
Datering: 26-02-1626
Jan Leendertsz Couwenoort bekent aan Claes Leendertsz Waterboer een schuld van 3200 car. g. wegens koop van een landstede in Nieuwenhoorn op de Meeuldijck belast met een koppel kapoenen voor de grafelijkheid, met ca. 20 gem. zaailand en enige weide in pacht. Hij belooft 400 g. contant te betalen en de rest in jaarlijkse termijnen van 150 g. onder verband van voors. landstede en alle bruiklanden met de opbrengst. Jacob Pietersz, dijkgraaf van de Quacq, en Sanderijntge Pieters, wed. en boedelhoudster van Cornelis Ouwe Cuyper, stellen zich borg.
Datering: 16-04-1630
Claes Leendertsz Waterboer transporteert aan Jan Leendertsz Couwenoort zijn landstede in Nieuwenhoorn ?metten gevolge vandien? voor 3200 car. g. volgens de custingbrief. Jan Cornelisz Coorendijcker en Jan Jansz Boutkanne stellen zich borg voor de verkoopverplichtingen van Waterboer.
Datering: 16-04-1630
Claes Leendertsz Waterboer, won. in Zuidland, transporteert voor 1100 g. aan Jacob Jacobsz Hoochwerff een custingbrief van nog 1900 car. g. t.l.v. Jan Leendertsz Couwenoort, won. in Nieuw-Helvoet, met zijn borgen.
Datering: 20-11-1637
Isaack Heyndricxsz, won. onder Abbenbroek, bekent aan Annetge Jans, wed. van Laeuweris Cornelisz Bijl, en aan zijn kinderen een schuld van 496 car. g. wegens koop van 3 gem. 11 r. land in Clatering nr. 5 in Oudenhoorn, die hij belooft in drie termijnen te betalen onder verband van voors. land. Claes Lenertsz Waterboer, won. in Zuidland, en Adriaen Willemsz van der Wyelen, schepen van Oudenhoorn, stellen zich borg.
Datering: 08-06-1630
(Ambacht Oudenhoorn)
Thonis Jacobsz, won. in Oudenhoorn, bekent aan Cornelis Pietersz Mecksack, won. in Oudenhoorn, een schuld van 387 car. g. wegens koop van een huis, staande aan de Ruygendijck ?recht tegens den wech dat men naer Cornelis Arensz gaet?, belast met een hoen per jaar, waarvan de koper tot zijn last neemt drie jaar verlopen hoenderen te betalen aan de rentmeester-generaal van het Land van Voorne. Hij heeft beloofd 36 g. gereed te betalen en de rest in termijnen onder verband van het voors. huis. Cornelis Aryensz Overtheyn Jonge Cornelis en Claes Lenertsz Waterboer, beiden won. in Zuidland, stellen zich borg.
Datering: 07-06-1636
Claes Lenertsz Waterboer, won. in Zuidland, bekent aan Lenert Jacobsz Coorndijcker, won. in Oudenhoorn, een schuld van 200 car. g. wegens geleende en aangetelde penningen, die hij op rente onder zich zal houden de eerstkomende twee jaar. Hij verbindt hiertoe 5 gem. 68 r. land in Nieuwennoort nr. 20 in Oudenhoorn.
Datering: zonder datum
Claes Leendertsz Waterboer, won. in Sint Anna polder, transporteert aan Jacob Besemer 5 gem. 4 r. kostbaar land in de Hellevoetse Werfhoeck nr. 27. Verkoper belooft koper vrij te houden van alle lasten voor datum dezes, uitgezonderd de gemenelandsonkosten, en bekent ten volle voldaan en betaald te zijn.
Datering: 31-01-1644
Claes Leendertsz Waterboer bekent aan Aren Jansz 't Mannetge, Claes Jansz 't Mannetge en Cornelis Arens Quack, allen kinderen en erfgenamen van Maertje Claes Pille, een schuld van f 3000.-.- wegens koop van en verzekerd op een landstede, schuur etc.in St.Annapolder op 3 G eigen slikland en met gevolg van ca.78 G bruikwaar. Borgen: Jan Arens en Maerten Jansz Deijder resp.comparants zwager en oom, beiden won. onder Rugge.
In marge: op 17-6-1645 heeft Aren Jansz 't Mannetge 1/6 part van deze brief gekocht van Cornelis Arens Quack.
idem: op 14-8-1648 opgesplitst in twee brieven en hier gecasseerd.
Datering: 24-04-1643
Aren Jansz 't Mannetge, Claes Jansz 't Mannetge en Cornelis Arens Quack, kinderen en erfg.van Maertje Claes Pille laatst wed.van Jan Arens 't Mannetge, transporteren aan Claes Leendertsz Waterboer een landstede met achter- en voorkeet, berge en boomgaard in St.Annapolder (belend: o.en w.diverse eigenaren, strekkende van de Hootlandseweg tot aan 's lands watering)
Datering: 24-04-1643
(Ambacht St Annapolder)
Mr.Nicolaes van Rhijn, advocaat voor den hove van Holland pp. voor Aelbert v.Hoogeveen, secr.van Leiden;
de heer Johan Gans, mede voor diens zusters;
Catrijne Canter wed.van Johan v.Rhijn;
Philips van Rhijn;
Lenaert van Sorgen, mede voor zijn zusters en broeder;
Nicolaes Ruijs;
Boudewijn van Steenhuijs, mede voor zijn broeders en zusters;
Agatha de Jongh, mede voor haar zusters;
allen erfgenamen van juffr.Maria Bornstra, in leven laatst wed.van Paulus van der Nieustadt, transporteren aan Aelbert v.Hoogeveen voornoemd 8 1/2 G hoofd- en slikland in St.Annapolder, gemeen in ca.72 G in de landstede nu bewoond door Claes Leendertsz Waterboer.
Datering: 28-12-1643
Jan Pietersz Vermeer bekent aan Maertge Aerts weduwe van Claes Leendertsz Waterboer een schuld van f 2900 wegens koop van en verzekerd op een landstede met bergen, schuur, keet en wagenhuis in St.Annapolder op 2 1/2 G eigen land en de beternis van ca. 95 G bruikwaar. Borgen: Aryen Arens Arckenbout en Bastiaen Centsz de Graeff, beiden won. ondr Rockanje.
Datering: 11-09-1666
(Ambacht St Annapolder)
303 Dirk Jansz, korenmolenaar, verzekert tbv. Jan Arens molenaar een schuld van f 975 op en wegens koop van een huis bij de korenmolen v. Rockanje en de beternis van die molen. Borgen: Claas Leendertsz Waterboer en Cornelis Cornelisz Langendoen.
sluiten
045 Ambacht Rockanje en annexe polders
Inleiding
Bijlagen
Transportakten 303
Dirk Jansz, korenmolenaar, verzekert tbv. Jan Arens molenaar een schuld van f 975 op en wegens koop van een huis bij de korenmolen v. Rockanje en de beternis van die molen. Borgen: Claas Leendertsz Waterboer en Cornelis Cornelisz Langendoen.
Datering: 20-05-1649
Claes Cornelisz Soeteman, molenaar te Rockanje, verzekert tbv. Claes Leendertsz Waterboer en Cornelis Cornelisz Langendoen een schuld van f 782 op een huis bij de Rockanjese korenmolen en de pacht van deze molen. Borgen: Harmen Leendertsz Swaenshouck te Delft en Claes Langstraat te Brielle.
Datering: 23-08-1660
Dirck van Egmont, raad en vroedschap van Brielle, executeur van het testament van Maertje Aarts, in haar leven wed. van Claas Waterboer, transporteert voor 40 car. g. aan Hendric Cluyt een huis en erf [straat niet vermeld], belend: w. Pieter van Dam en o. Jacob Pietersz Vynck, smid, elk met een huis en erf.
Datering: 04-04-1682
(Ambacht Brielle)
|